
Ledenruimte
Dit is een besloten gedeelte voor leden en vrienden van de Verenigde kerk van God
Jezus zei tegen Zijn discipelen dat zij āde kracht van de Heilige Geestā zouden ontvangen (zie Handelingen 1:8), refererend naar de gebeurtenis die tijdens Pinksteren zou plaatsvinden in Jeruzalem. Dit vers en vele andere, zoals Lukas 1:35 en 2 Timotheüs 1:7, geven nadrukkelijk aan dat de Heilige Geest hetzelfde is als Gods kracht en niet een apart, 3e Godspersoon. (Het feit dat de Heilige Geest niet een 3e persoon in de Godheid is, wordt uitgebreid behandeld in ons boekje “Is God een Drie-eenheid?” dat binnenkort in het Nederlands verkrijgbaar is.)Ā Het Griekse woord voor kracht is dynameos, een kracht die in beweging brengt (dynamisch). Dat is wat Gods Heilige Geest doet. In dit artikel wordt een aantal aspecten beschreven, die duidelijk maken op welke wijze Gods kracht, de Heilige Geest, werkt:
I. Scheppende, dynamische kracht
II. Toerustende, zendende kracht
III. Profeterende kracht
IV. Genezende, troostende kracht
Dit artikel is geen filosofische analyse van wat Gods Geest is. De kracht van de Heilige Geest in ons verplicht ons tot een actieve toepassing in de gemeente waarin we zijn geplaatst. Pinksteren is het Feest van de Eerstelingen, degenen, die nu geroepen zijn door God en in Zijn lichaam, Gods Kerk, zijn geplaatst. De kracht van de Heilige Geest, de Trooster, in ons, is er in de eerste plaats ten behoeve van de opbouw en genezing van de gemeente, Zijn lichaam. We dienen God te vragen ons daarvoor toe te rusten en Zijn Geest in ons te laten werken. Want uiteindelijk gaat het met Pinksteren hier om: de stichting en opbouw van het lichaam, bestaande uit de Eerstelingen.
I. De Heilige Geest is een scheppende, dynamische kracht
De Heilige Geest is de kracht waarmee God (het Woord) het universum en alles erin heeft geschapen (Psalm 104:30, Johannes 1:1-10). Het Hebreeuwse woord voor geest in het Oude Testament (OT) is āruachā. Dit woord heeft drie ādynamischeā betekenissen: 1) Gods Geest en de menselijke geest; 2) adem en levenskracht en 3) waaien, wind en storm.
Een gemeenschappelijke overeenkomst in deze betekenissen is dat de ruach een kracht en werkzaamheid aangeeft die niet zichtbaar is, maar waarvan de uitwerkingen wel merkbaar en te ervaren zijn. Dit wordt duidelijk in de volgende Bijbelverzen, waarin het woord ruach voor zowel Gods Heilige Geest, de menselijke geest als wind wordt gebruikt: Genesis 41:38, Exodus 10:13, Psalm 139:7 en Prediker 12:7. In het denken van IsraĆ«l is er dus weinig verschil tussen wind en de Heilige Geest van God. Kenmerkend is Psalm 104:29-30, waar de geest wordt gebruikt voor zowel de menselijke geest als de Heilige Geest van God: ā⦠neemt U hun adem [ruach] weg, zij geven de geest en keren terug tot hun stof. Zendt U Uw Geest [ruach] uit, dan worden zij geschapen en vernieuwt U het gelaat van de aardbodem.”
Een ander aspect dat u mogelijk niet zou verwachten, is de werking van de Geest als toerusting van een kunstenaar, wat ook alles met creƫren te maken heeft. Voor de bouw van de tabernakel wordt Besaleƫl aangesteld. In Exodus 31 leest u dat hij wordt vervuld met de Geest van God om allerlei werk te verrichten voor de bouw van de tabernakel. Het gaat hier niet om een natuurlijke begaafdheid of aanleg, maar om toerusting en de inspirerende aansturing door Gods Geest.
In het Nieuwe Testament (NT) zien we ook de dynamische kracht van de Heilige Geest. Het Griekse woord voor geest is āpneumaā. Ook in het NT is er een sterke relatie tussen de wind, adem en de Heilige Geest, zoals bij de start van de Kerk op de Pinksterdag die genoemd wordt in Handelingen 2:1-4: “En toen de dag van het Pinksterfeest vervuld werd, waren zij allen eensgezind bijeen. En plotseling kwam er uit de hemel een geluid als van een geweldige windvlaag en dat vervulde heel het huis waar zij zaten. En aan hen werden tongen als van vuur gezien, die zich verdeelden, en het zat op ieder van hen. En zij werden allen vervuld met de Heilige Geest en begonnen te spreken in andere talen, zoals de Geest hun gaf uit te spreken.”
De Geest komt als een windvlaag, een storm, en soms wordt de symboliek van een rivier gebruikt. Jezus Zelf gebruikte het beeld van een rivier voor de werking van de kracht van de Heilige Geest in Johannes 7:37-39: “. Als iemand dorst heeft, laat hij tot Mij komen en drinken. Wie in Mij gelooft, zoals de Schrift zegt: Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien. (En dit zei Hij over de Geest, Die zij die in Hem geloven, ontvangen zouden; want de Heilige Geest was er nog niet, omdat Jezus nog niet verheerlijkt was.)”
II. De Heilige Geest is een toerustende, zendende kracht
De Heilige Geest is de kracht waardoor God en Christus in de geest van mensen werken (Genesis 6:3). Het is de kracht, waarmee individuen worden toegerust om een werk te doen. De Geest rust bijvoorbeeld leiders toe om een volk te besturen, zie het verhaal van Gideon in Richteren 6:34. Gideon ontvangt de moed, de kracht en het inzicht die nodig zijn voor zijn taak als richter. Dit wordt ook gezegd van de richters Otniƫl (3:10), Jefta (11:29) en Simson (13-15). Gods Geest is nodig om richter te kunnen zijn.
David weet ook dat na zijn zonde met Bathseba de Geest weggenomen kan worden, zie Psalm 51:13: āVerwerp mij niet van voor Uw aangezicht en neem Uw Heilige Geest niet van mij weg.ā
Een ander voorbeeld van de toerusting met de Geest is het voorbeeld in Nehemia 9:20 waar de Geest onderricht geeft aan Israël. Het NT geeft aan dat de Schriften door de Geest zijn ingegeven om te onderwijzen (2 Timotheüs 3:16).
Wanneer in het Nieuwe Testament gesproken wordt over de āgaven van de Heilige Geestā, dan duidt dit op de toerusting van individuen met/door de Heilige Geest. Er worden zeker 4 lijsten van gaven genoemd (zie Romeinen 12:56-8, EfeziĆ«rs 4:11-12, 1 KorintiĆ«rs 12:7-11 en 28-31). EĆ©n van de gaven is dat er in de gemeente mensen toegerust zijn om door middel van de Geest te onderwijzen. De gaven bestaan uit genadegaven, bedieningen en werkingen (zie 1 KorintiĆ«rs 12:4-6).
Een specifieke toerusting is de kracht van zending. We lezen in Lukas 4:16-21 dat Jezus de profetie van de zending (Jesaja 61:1) op Zichzelf toepast. Duidelijk komt naar voren dat de Geest de opdracht geeft om een boodschap te verkondigen. Dit impliceert tevens de toerusting om het te kunnen doen. Na de uitstorting van de Geest in Handelingen 2 stapte Petrus vrijmoedig naar voren en gaf hij de omstanders uitleg en ā toegerust door de Heilige Geest ā verkondigde hij het Evangelie.
Hij kon dit doen omdat Jezus Zijn zendingsopdracht had doorgegeven aan Zijn discipelen in Mattheus 28:19: āGa dan heen, onderwijs al de volken, hen dopend in de Naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest, hun lerend alles wat Ik u geboden heb, in acht te nemen.”
De Geest is het die ons de kracht geeft uitgezonden te worden om het werk te doen dat God ons te doen geeft. Voor de ƩƩn is dat het ambt of gaven van evangelisatie, voor de ander is dat het zijn van een leraar.
III. De Heilige Geest is een profeterende kracht
Er zijn heel veel voorbeelden te geven in het OT waaruit blijkt dat de Geest leidt tot profetie. Profetie in het OT heeft relatie met het doen van wonderen / krachten, het geven van uitleg van Gods plan voor de toekomst en het in vervoering raken. Denk aan de bekende profetie van Joƫl over de eindtijd. Denk aan al de visioenen van Ezechiƫl. Denk aan Daniƫl met zijn profetie over de tijden en toekomst. Maar denk ook aan Saul, die na gezalfd te zijn in extase raakt (1 Samuƫl 10).
Er is een sterke relatie tussen profetie en aanbidding. Zowel Mirjam als Deborah worden profetessen genoemd en zij uiten dat door te zingen en in dans. U kunt dat lezen in Exodus 5 en Richteren 5. Er is een verschil in uitingsvorm met dat van de āgroteā profeten, maar de Bijbel noemt het in beide gevallen profetie.
Op andere plaatsen in het OT ligt meer de nadruk op de informatie die de Geest aan een profeet geeft of aan de autoriteit die de profeet heeft door wonderen in de naam van God te verrichten.
In veel kerken neigt men naar het standpunt dat profeten enkel vroeger in OT-tijden voorkwamen en dat profeteren in NT-tijden vooral het uitleggen van Gods Woord is. Maar wat dan te denken van de profetie van JoĆ«l 2:28-32? Daar staat een belangrijke tekst, die ook aangehaald wordt door Petrus in zijn toespraak op de Pinksterdag: āDaarna zal het geschieden, dat Ik mijn Geest zal uitstorten op al wat leeft en uw zonen en uw dochters zullen profeteren; uw ouden zullen dromen dromen; uw jongelingen zullen gezichten zien. Ook op de dienstknechten en op de dienstmaagden zal Ik in die dagen mijn Geest uitstorten. Ik zal wonderen geven in de hemel en op de aarde, bloed en vuur en rookzuilen. De zon zal veranderd worden in duisternis en de maan in bloed, voordat de grote en geduchte dag des HEREN komt. En het zal geschieden, dat ieder die de naam des HEREN aanroept, behouden zal worden, want op de berg Sion en te Jeruzalem zal ontkoming zijn, zoals de HERE gezegd heeft; en tot de ontkomenen zullen zij behoren, die de HERE zal roepen.”
Gods Geest wordt uitgestort āop al wat leeftā. Daarmee zijn niet Ć”lle mensen of levende wezens bedoeld, maar iedereen van Gods volk. Dat blijkt uit de context (āuw zonen en uw dochtersā) en het feit dat dit boek gericht is aan IsraĆ«l. Wat is het effect? Profetische inspiratie. Zij ontvangen dromen en visioenen, mogelijk als openbaring om een goddelijke boodschap door te geven of woorden van kennis en wijsheid ter bescherming van het volk, want de Dag des Heeren staat dan te gebeuren.
De eerste vervulling hiervan was op de Pinksterdag. Niet enkel de 12 apostelen gingen spreken in tongen, maar ook allen ā de 120 mannen en vrouwen ā die gezamenlijk bijeen waren. U kunt zich voorstellen welk een impact dit gehad moet hebben, naast het feit dat ieder in de aanwezige menigte die daar in de tempel getuige van was, het Evangelie hoorde verkondigen in de eigen moedertaal.
Uit dit alles volgt dat we Pinksteren vooral moeten zien als het Feest van de toerusting van Gods volk, zoals in het vorige punt is behandeld. De discipelen waren eerder nog bevreesd en teruggetrokken, maar worden met Pinksteren, net als Gideon, vervuld met kracht en spreken vanaf dat moment het woord van God met vrijmoedigheid. Het gevolg is dat veel mensen tot geloof komen.
De Bijbel geeft een indicatie wat de gave van profetie in onze tijd betekent. Er is een definitie van profetie opgenomen in Openbaring 19:10: ā .het getuigenis van Jezus is namelijk de geest van de profetie.ā Het getuigenis van Jezus is de geest van profetie. Dit komt niet voort uit menselijke redenering, opleiding, ervaring of training. Het is een bovennatuurlijk iets, een manifestatie van de Geest gegeven aan christenen. Vooral in Handelingen en Openbaring is te lezen dat dit de wijze is waarop de Geest zich in ons manifesteert door te getuigen, te overtuigen, de weg te wijzen, te onderwijzen, te verheerlijken en de toekomstige dingen te verkondigen. Allemaal elementen van profetie, geleid door de Heilige Geest, zoals we die ook in het OT hebben gezien.
IV. De Heilige Geest is een genezende en troostende kracht
De Heilige Geest is de kracht waardoor Jezus de lamme weer liet lopen op een wonderbaarlijke wijze, de blinde weer liet zien en de dove weer liet horen (Lukas 5:15-17). De genezende kracht zien we als gave voor de gemeente terugkomen in 1 KorintiĆ«rs 12:9, 28 en 30. In alle 3 verzen wordt voor deze gave een dubbel meervoud gebruikt. Het gaat hier om de āgaven van genezingenā (dubbel meervoud).
Wat zijn die gaven van genezingen dan precies? Zien we dat vandaag de dag nog steeds? Genezingen in de Bijbel manifesteren zich op diverse wijzen en die zijn tegenwoordig niet anders. Genezing is nodig voor psychische, emotionele of fysieke klachten. Geloof, handoplegging, zalving, gebed, troosting (Johannes 14-16), hoop, het tonen van liefde etc. hebben bewezen dat genezing altijd plaatsvindt, ook als dat niet altijd betekent dat sprake is van waarneembare genezing op fysiek vlak.
Genezing is een genadegave, een speciale schenking, een gave tot het verwerkelijken van een bepaald doel. Als het doel (in dit geval de genezing) bereikt is, houdt de gave, de schenking, op. God is uiteindelijk dƩ Genezer. Jezus en Zijn discipelen genazen mensen. Genezing zal altijd in het teken staan (net als de andere geestelijke gaven) van de opbouw van de gemeente (zie 1 Korintiƫrs 12:7). Genezing is in dat opzicht niet het doel, maar een middel.
De Heilige Geest is een kracht aan ieder ten behoeve van ieder van ons
In 1 KorintiĆ«rs 12:7 staat: āAan ieder echter wordt de openbaring van de Geest gegeven tot wat nuttig is voor de ander” en in vers 11: “Al deze dingen echter werkt ƩƩn en dezelfde Geest, Die aan ieder afzonderlijk uitdeelt zoals Hij wil.”
Dus aan ieder wordt de openbaring van de Geest gegeven en de Geest deelt aan eenieder toe, zoals de Geest wil. Aan het begin van de brief (1:4-7) schrijft Paulus dat alle gaven van de Geest in de Korinthe gemeente vertegenwoordigd waren.
Hoe zit dat met onze gemeente nu? De Kerk van God onderschrijft dat God ook nu geestelijke gaven heeft gegeven aan ieder lid. Wij hebben allen Gods Geest gekregen. Deze Geest in ons zorgt voor een verscheidenheid aan genadegaven, bedieningen en werkingen in eenieder van ons, alhoewel we niet allemaal dezelfde gaven hebben ontvangen (12:28-31).
Merk op dat Paulus de bedieningen (ambten), krachten (werkingen) en gaven door elkaar heen gebruikt. Het gaat Paulus er niet zozeer om een bepaalde rangorde aan te geven, maar om aan te geven dat het dezelfde Geest is die op verschillende manieren in eenieder van ons werkt, zoals is aangegeven in vers 11.
De gaven dienen dus tot nut van de ander (vers 7), tot het dienen van anderen met de ontvangen genadegift, zodat God in alles verheerlijkt wordt door Jezus Christus (1 Petrus 4:1-11 en Romeinen 12:6-8).
Het is dus de bedoeling dat de ontvangen gave wordt gebruikt om elkaar te dienen. Deze gaven zijn natuurlijk ook nog in deze tijd voor christenen beschikbaar, zie Romeinen 11:29: āWant de genadegaven en de roeping van God zijn onberouwelijk.ā
Streven wij naar de gaven van de Geest, waartoe Paulus oproept in 1 KorintiĆ«rs 14:1? Zeker, en dan wel met het juiste motief: āAl zou ik de talen van de mensen en van de engelen spreken, maar ik had de liefde niet, dan zou ik klinkend koper of een schallende cimbaal zijn geworden. En al zou ik de gave van de profetie hebben en alle geheimenissen weten en alle kennis bezitten, en al zou ik al het geloof hebben zodat ik bergen zou verzetten, maar ik had de liefde niet, dan was ik nietsā (13:1-2).
Waaruit blijkt onze liefde? Door de wil te doen van de Vader, en dat is het liefdevol toepassen van Zijn Geboden (Mattheüs 7:21). Liefde is de eerste vrucht van de Geest, en dat maakt dat de vruchten van de Geest belangrijker zijn dan de gaven! De gaven zijn, zoals gezegd, een middel en niet het doel. Het tonen van de vruchten is het doel, omdat daarin God wordt verheerlijkt (Johannes 15:8)! Wandelen in het Licht is het doel. Een licht zijn in deze wereld is het doel. Geboren worden als kinderen van God in Zijn Koninkrijk is onze hoop en bestemming. Laten we dat niet vergeten.
Conclusie
Pinksteren is het Feest van de Eerstelingen, degenen, die nu geroepen zijn door God en in Zijn lichaam, Gods Kerk, zijn geplaatst. De krachten, de Trooster in ons, dienen tot opbouw en genezing van de gemeente, Zijn Lichaam. De kracht is niet van onszelf, maar van God de Vader en Jezus Christus (2 Korintiƫrs 4:7). We dienen God te vragen ons daarvoor toe te rusten en Zijn Geest in ons te laten werken. Want uiteindelijk gaat het met Pinksteren hierom: de stichting en opbouw van het Lichaam, bestaande uit de Eerstelingen.
Tot slot een beknopt overzicht aangaande de 7 principes van de gaven van de Geest:
1. Het zijn gaven, ze kunnen niet worden verdiend;
2. Ze zijn gegeven aan iedereen met Gods Geest; niemand heeft alle gaven, maar elke christen heeft er minimaal ƩƩn (1 Korintiƫrs 12:11);
3. Door de gaven manifesteert of openbaart de Geest zich in ons;
4. De gaven zijn altijd bovennatuurlijk en onmiddellijk beschikbaar; het zijn geen vaardigheden, die we dienen te ontwikkelen;
5. De gaven zijn geen doel op zich, ze dienen tot opbouw van de gemeente: aan ieder ten behoeve van ieder van ons, om de gemeente toe te rusten om uiteindelijk
vƩƩl vrucht te dragen tot eer van God (Johannes 15:8);
6. De gave van profetie is het getuigenis van Jezus Christus;
7. Als we echter zonder liefde (vrucht van de Geest) zijn, dan zijn we niets.
Meer informatie
Meer informatie over de Heilige Geest kunt u o.a. lezen in ons gratis boekje āIs God een Drie-eenheid?ā Lees ook onze artikelen: āDe Heilige Geestā, āVervuld zijn met de Heilige Geestā en āGods Geest in ons aanwakkerenā. Over de betekenis van Pinksteren kunt u lezen in āGods plan volgens Zijn heilige dagenā (gratis verkrijgbaar). Raadpleeg ook onze videos met ondertiteling!
Ā© Verenigde Kerk van God, Postbus 93, 2800 AB Gouda. Tel: 06-29601189. info@verenigdekerkvangod.org – www.verenigdekerkvangod.org.
Financieel steunen? Rekeningnummer NL43ABNA0538360747 of NL72INGB0003561825 t.n.v. Verenigde Kerk van God te Gouda. “ANBI geregistreerd”.
Het Nederlandse Supplement van Beyond Today
Ā© Verenigde Kerk van God, Postbus 93, 2800 AB Gouda. Tel: 06-29601189. info@verenigdekerkvangod.org – www.verenigdekerkvangod.org.
Financieel steunen? Rekeningnummer NL43ABNA0538360747 of NL72INGB0003561825 t.n.v. Verenigde Kerk van God te Gouda. “ANBI geregistreerd”.
Het Nederlandse Supplement van Beyond Today
Vul hieronder uw gegevens in voor een abonnement op onze gratis gedrukte editie van het tweemaandelijkse tijdschrift Beyond Today.
Alle Artikelen
Deze website gebruikt cookies om informatie op uw computer op te slaan. Sommige van deze cookies zijn essentieel om onze site te laten werken en andere helpen ons te verbeteren door ons inzicht te geven in hoe de site wordt gebruikt.
Door onze site te gebruiken aanvaardt u de voorwaarden van ons Privacybeleid.
Dit is een besloten gedeelte voor leden en vrienden van de Verenigde kerk van God