
Ledenruimte
Dit is een besloten gedeelte voor leden en vrienden van de Verenigde kerk van God
Betekenissen van zalving door God
In de Bijbel wordt op meerdere plekken gesproken over ‘zalven’ of ‘zalving’. Zalving heeft verschillende betekenissen, die in veel Bijbelwoordenboeken en -commentaren besproken worden.
Het woord zalven in het Hebreeuws is “mashach”, dat “het inwrijven met olie (betekent), dat wil zeggen het zalven met de bedoeling om te heiligen; het betekent ook beschilderen” (Strong’s Concordance).
Zalving wordt dus gebruikt voor het apart zetten van iets of iemand voor heilig gebruik oftewel om iets of iemand te heiligen. Zo vond het aanstellen van koningen in de Bijbel plaats door middel van zalving. De Oxford Bible Companion zegt hierover: “In de Hebreeuwse Bijbel wordt de term (zalving) het vaakst gebruikt voor koningen, wier benoeming vooral werd gekenmerkt door de zalving met olie (Richteren 9:8-15; 2 Samuel 5:3; 1 Koningen 1:39; Psalm 89:20) en die de titel ‘gezalfde van de HEERE’ kregen (bijv. 1 Samuel 2:10; 1 Samuel 12:3; 2 Samuel 23:1; Psalm 2:2; Psalm 20:6; Psalm 132:17; Klaagliederen 4:20).”
Maar ook priesters werden gezalfd wanneer ze tot priester werden aangesteld: “U moet ze uw broer Aäron en zijn zonen met hem aantrekken en hen zalven, wijden en heiligen, zodat zij Mij als priester kunnen dienen” (Exodus 28:41).
Een voorbeeld van zalving van een voorwerp vinden we in Genesis 31:13: “Ik ben de God van Bethel, waar u een gedenkteken gezalfd hebt, waar u Mij een gelofte gedaan hebt.”
De zalving gebeurt met olie, omdat olie symbool staat voor de Heilige Geest. “Toen nam Samuel de oliehoorn en zalfde hem te midden van zijn broers. En de Geest van de HEERE werd vaardig over David vanaf die dag en voortaan” (1 Samuel 16:13, zie ook 1 Samuel 10:1).
Zalving betekent in dat geval ook dat eerbied en respect verschuldigd zijn aan degene die is gezalfd. David was zich hiervan terdege bewust toen hij zich met zijn mannen in een grot verborgen had voor koning Saul, voor wie hij op de vlucht was. Een van zijn mannen stelde David voor om koning Saul te doden, maar David liet dat niet toe en zei tegen hen: “Moge de HEERE er geen sprake van laten zijn dat ik ooit zoiets zou doen bij mijn heer, bij de gezalfde van de HEERE, dat ik mijn hand tegen hem uit zou steken, want hij is de gezalfde van de HEERE. En David weerhield zijn mannen met deze woorden, en hij liet hun niet toe tegen Saul op te staan” (1 Samuel 24:6-7, lees voor een goed begrip de context, vanaf vers 1).
Maar ook wij, die gedoopt zijn, zijn ‘gezalfden’ van de Heere, zoals blijkt uit 2 Korinthe 1:21-22: “En Hij Die ons met u bevestigt in Christus en ons gezalfd heeft, is God, Die ons ook verzegeld heeft en het onderpand van de Geest in onze harten gegeven heeft” (zie ook 1 Johannes 2:20, 27). Wanneer wij ons laten dopen, ontvangen we Gods Heilige Geest (Handelingen 2:38), waarvan de zalving met olie een symbool is.
Zijn wij ons hiervan bewust? Gaan wij ook als zodanig met elkaar om?
(Voor meer informatie over de doop en het bekeringsproces kunt u ons nieuwe boekje “Verander uw leven—het bekeringsproces” en les 8 van onze Bijbelstudie Cursus, getiteld “Wat is christelijke bekering?” gratis aanvragen of downloaden via onze website.)
Jezus Christus
Zalving verwijst ook (in meerdere opzichten) naar Jezus Christus.
“De naam “Christus” is afkomstig van het nieuwtestamentische Griekse woord christos, hetgeen “gezalfde” betekent. Het daarmee vergelijkbare Hebreeuwse woord is mashiach, Messias in de Herziene Statenvertaling. Dus beide titels, “Christus” en “Messias” duiden op de “Gezalfde”. Denk aan die keer toen Jezus Christus ging eten bij een Farizeeër, toen een vrouw, die bekend stond als een zondares, naar Hem toekwam met een albasten kruik met geurige olie. Ze stond huilend achter Jezus, en toen ze neerknielde, begon ze Zijn voeten te wassen met haar tranen en met haar haar Zijn voeten af te drogen. Ze zalfde vervolgens Zijn voeten met deze speciale olie. Ze gebruikte een mengsel van verschillende aromatische oliën dat véél kostbaarder was dan de normale olie die gebruikt werd om het voorhoofd te zalven, en het was samengesteld uit kostbare, geurende
oliën (Barnes’ Notes t.a.v. Lukas 7:46). Deze vrouw zalfde de voeten van Jezus Christus als voorbereiding op Zijn begrafenis (Mattheüs 26:12.
De vreselijke mishandelingen die Jezus Christus voor ons heeft ondergaan en Zijn offerdood vormden een compleet offer, dat niet alleen ziet op de vergeving van onze ongerechtigheden, maar óók op de genezing van ons lichaam en onze geest.
Jesaja 53 maakt dit duidelijk: “Voorwaar, onze ziekten heeft Híj op Zich genomen, ons leed heeft Hij gedragen. Wíj hielden Hem echter voor een geplaagde, door God geslagen en verdrukt. Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden verbrijzeld. De straf die ons de vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is er voor ons genezing gekomen” (verzen 4-5, zie ook 1 Petrus 2:24; Handelingen 8:7).
“Genees de zieken”
Tot slot is er dan nog de betekenis van zalving waar we in dit supplement uitvoeriger bij willen stilstaan, namelijk de zalving van zieken voor genezing, zoals vermeld wordt in het reeds aangehaalde Jakobus 5:14-15. Toen Jezus Christus Zijn 12 discipelen uitzond, gaf Hij hun de opdracht om de zieken te genezen (Mattheüs 10:1). Deze opdracht en de zalving gelden ook nu nog steeds (zie Markus 16:15-18).
Hoe wordt de zalving tegenwoordig uitgevoerd door Gods dienaren in de Kerk? De Bijbel bevat geen specifieke details van een juiste methode tegenover een foute methode van zalven.
Uit het voorgaande is al gebleken dat olie een belangrijk onderdeel van de zalving is, als symbool voor de Heilige Geest, de kracht waardoor God in ons leven werkt. We weten dat het uiteraard niet de olie is die geneest. We weten ook dat het niet de dienaar is die de zalving verricht, die iemand geneest. Het is God Die de genezing verricht, Hij is onze Geneesheer. Een en ander blijkt ook duidelijk uit Handelingen 19:11, waar staat: “God deed buitengewone krachten door de handen van Paulus.”
De Bijbel maakt daarnaast in verschillende voorbeelden duidelijk dat de handen moeten worden opgelegd als zieken worden gezalfd. “En toen Jezus opnieuw in het schip naar de overkant gevaren was, verzamelde zich een grote menigte bij Hem; en Hij was bij de zee. En zie, er kwam een van de hoofden van de synagoge, wiens naam Jaïrus was; en toen hij Hem zag, wierp hij zich neer aan Zijn voeten en smeekte Hem dringend: Mijn dochtertje ligt op sterven; ik smeek U dat U komt en de handen op haar legt, zodat zij behouden wordt en zal leven” (Markus 5:21-23).
Dit hoofd van de synagoge had groot vertrouwen in die genezing, en hij wist dat het opleggen van de handen diende voor genezing en dat het iets bijzonders was (zie ook Markus 16:15-18, waar in de opdracht aan de Kerk wordt gezegd dat op zieken de handen moeten worden gelegd).
In het boek Handelingen lezen we over veel zieken die werden genezen toen Gods dienaren hun handen op hen hadden gelegd. Het gebruik van olie wordt dus niet altijd vermeld, maar als we naar het geheel van de passages kijken en naar de aansporing in Jakobus, zien we dat de olie een belangrijk deel van de zalving is. Zoals we al zagen, betekent het Hebreeuwse woord voor zalven “inwrijven met olie”. In Markus 6:13 staat: “(Ze) zalfden veel zieken met olie en maakten hen gezond.”
Ook het uitspreken van een gebed tot God vormt een onderdeel van de zalving (Jakobus 5:14-15). In gebed gaan we tot God en vragen Hem eerbiedig om genezing, vanuit het geloof dat Hij bij machte is om elke ziekte te genezen, met een beroep op het offer van Jezus Christus dat ook dient voor de genezing van ons lichaam en onze geest in de meest ruime zin van het woord. De dienaar die de zalving verricht zal in dit gebed in navolging van Jakobus 5:15 daarnaast vragen om vergeving van zonden, voor het geval er zonden zijn die genezing in de weg zouden kunnen staan. Tijdens het gebed zal de dienaar een beetje olie op het voorhoofd van de zieke aanbrengen.
In dit kader verdient het opmerking dat niet dat gedeelte van het lichaam dat ziek is, wordt gezalfd, maar slechts het hoofd, in navolging van het voorbeeld dat ons in de Bijbel gegeven is “U zalft mijn hoofd met olie, mijn beker vloeit over” (Psalm 23:5, zie bijvoorbeeld ook Exodus 29:7; Lukas 7:46).
Sommige mensen willen door een bepaalde dienaar gezalfd worden omdat ze hebben gehoord dat iemand anders die door hem gezalfd was, volledig is genezen. Maar maakt het uit welke dienaar de zalving verricht?
Uit Jakobus 5:15 blijkt dat het gelovig gebed de zieke zal behouden. Genezing houdt dus verband met geloof. (God geneest echter niet in alle gevallen. God bepaalt of en wanneer Hij iemand geneest. Soms kan een genezing worden uitgesteld tot na het overlijden – hierop komen we verderop nog terug.) Het is God Die geneest, zoals we al lazen in Handelingen 19:11! Maar gaat het om het geloof van de zieke of om het geloof van de dienaar waardoor God geneest? Jakobus zegt dat de zieke de oudsten voor hem moet laten “bidden en hem met olie zalven” en dat dan “het gelovig gebed (.) de zieke (zal) behouden” (Jakobus 5:14-15). Waarschijnlijk betreft het het geloof van beiden. De zieke persoon komt in geloof om genezen te worden (uit het feit dat iemand om zalving vraagt, blijkt dan ook zijn/haar geloof), maar de oudste heeft ook geloof in de Schepper van het universum, aan Wie we in gebed vragen om de zieke te genezen.
Het zalvingsdoekje
Uit Handelingen 19:11-12 blijkt dat er nog een andere mogelijkheid is voor zalving wanneer het om een of andere reden niet mogelijk is om als oudste fysiek aanwezig te zijn bij degene die om zalving vraagt: “En God deed buitengewone krachten door de handen van Paulus, zo zelfs dat, als de zweetdoeken of de doeken die hij om zijn middel droeg, van zijn lichaam op de zieken gelegd werden, de ziekten van hen weken.”
In navolging op dit Bijbelse principe wordt daarom in bepaalde gevallen ook wel gebruik gemaakt van het zogenaamde zalvingsdoekje. Stukjes stof (in het geval van Handelingen 19 van kleding van de apostel Paulus) werden gebruikt voor zalving. Wanneer een oudste niet fysiek aanwezig kan zijn voor een zalving, zal hij een speciaal gebed uitspreken tot God namens de zieke en zal hij het betreffende zalvingsdoekje zalven met een kleine hoeveelheid olijfolie. De zieke moet dan een rustige plek opzoeken waar hij of zij niet gestoord kan worden en aan God om Zijn genezing vragen terwijl de zieke het doekje kort tegen het voorhoofd houdt tijdens het gebed (hierna moet het zalvingsdoekje weggegooid worden).
We zien dat de zieke ook hier de olie (op het doekje) op zijn hoofd aanbrengt en een gebed uitspreekt.
Het is overigens in alle gevallen van zalving belangrijk om voor ogen te houden dat God in Zijn wijsheid bepaalt hoe en wanneer Hij het gebed beantwoordt, in overeenstemming met wat uiteindelijk het beste is voor ons.
Bovendien is het goed om God te vragen of er iets is wat van deze beproeving waar de zieke doorheen gaat, geleerd kan worden. Houd altijd voor ogen dat we moeten bidden dat Gods wil, en niet de onze, zal geschieden.
Voor welke ziekten?
Veel mensen hebben zich de vraag gesteld: “Waarvoor kan ik zalving vragen?”
Bijbelse voorbeelden van aandoeningen waarvan God mensen heeft genezen zijn onder andere: blindheid, kreupelheid, bloedproblemen (bloedingen) en melaatsheid (lepra).
Gods dienaren hebben in meer recente tijden mensen gezalfd om uiteenlopende zaken als nachtmerries, slapeloosheid, rugpijn, hoofdpijn, griep, verkoudheid, aambeien enzovoorts.
Maar u moet niet alleen denken aan ‘fysieke’ ziektes, ook mentale problemen, zoals bijvoorbeeld depressie, burn-out, angsten, emotionele/geestelijke pijn als gevolg van allerlei vormen van misbruik etc. komen voor zalving in aanmerking.
Zalving staat een medische
behandeling niet in de weg
Sommige mensen vragen zich af of het inroepen van medische hulp nog wel is toegestaan als ze om een zalving vragen, vanuit de gedachte dat dit wellicht als een gebrek aan geloof zou kunnen worden opgevat. Soms wordt daarbij verwezen naar 2 Kronieken 16:12: “Asa werd in het negenendertigste jaar van zijn regering ziek aan zijn voeten. Zijn ziekte was heel ernstig. Desondanks zocht hij in zijn ziekte niet de HEERE, maar de geneesheren.”
Hieruit blijkt echter níet dat het inroepen van medische hulp door God verboden is. In dit geval was het probleem dat Asa niet op God steunde en vertrouwde, zoals al eerder blijkt uit vers 7: “In die tijd kwam de ziener Hanani naar Asa, de koning van Juda, en zei tegen hem: Omdat u op de koning van Syrië gesteund hebt, en niet gesteund hebt op de HEERE, uw God, daarom is het leger van de koning van Syrië uit uw hand ontkomen.”
Overigens was ook Lukas, de schrijver van een van de evangeliën, zélf een arts.
Hoe vaak?
Een andere vraag die wel gesteld wordt, is hoe vaak men om een zalving zou mogen vragen voor dezelfde ziekte. Dit blijkt niet duidelijk uit de Bijbel. We hebben het voorbeeld van Paulus die een ‘doorn in het vlees’ had, vermoedelijk een aandoening aan zijn ogen. In 2 Korinthe 12:8 schrijft hij daarover dat hij de Heere driemaal heeft gesmeekt dat hij hiervan genezen zou worden (hoewel niet met zoveel woorden wordt gezegd dat het hier een zalving betrof, is dat wel aannemelijk).
Uiteindelijk komt Paulus na deze 3 keer tot de conclusie dat God hem de gevraagde genezing (nog) niet zal schenken; dit wil echter niet zeggen dat 3 keer het maximum is. Paulus begrijpt na deze 3 keer bovendien de reden waarom God zijn gebed niet verhoort (zie de verzen 7 en 9) en hij prijst God erom! Zo kan dus zelfs een ziekte of aandoening ook nog een zegening bevatten. God wil Zijn kracht geven in onze zwakheid!
Het niet-verhoorde gebed
Dit brengt ons bij het punt van het niet-verhoorde gebed (zalving) om genezing.
Het gebeurt regelmatig dat ondanks zalving iemand niet geneest van een ziekte of aandoening en zelfs komt te overlijden. Hoe moet dit worden begrepen? Was er niet genoeg geloof? Zoals we al zagen uit het voorbeeld van Paulus, is gebrek aan geloof niet de reden voor het uitblijven van genezing.
Dit is een uitgebreid en ingewikkeld onderwerp, waarop niet een kort antwoord mogelijk is. We willen hier volstaan met enkele algemene opmerkingen.
Allereerst dient voor ogen gehouden te worden dat God goed is. Dat er niets gebeurt buiten Zijn wil om (zie het voorbeeld van Job). God is onze Heelmeester (Exodus 15:26), dus Hij zál ons genezen (“door Zijn striemen bent u genezen”). Psalm 103:2-5 luidt: “Loof de HEERE, mijn ziel, en vergeet niet een van Zijn weldaden. Die al uw ongerechtigheid vergeeft, Die al uw ziekten geneest, Die uw leven verlost van het verderf, Die u kroont met goedertierenheid en barmhartigheid, Die uw mond verzadigt met het goede, uw jeugd vernieuwt als die van een arend.”
Het is ook belangrijk om op te merken dat God weliswaar belooft ons te genezen, maar dat Hij er niet bij zegt wanneer. We moeten de timing daarvan aan Hem overlaten. Dit geldt overigens voor ál Gods beloften. Er is aan geen enkele van Gods beloften een tijdspad verbonden. In sommige gevallen wordt, zoals gezegd, genezing uitgesteld tot ná het overlijden. De Bijbel bevat talloze verzen die gaan over de opstanding, over de hoop die we kunnen hebben om geboren te worden in Gods Koninkrijk. Eén van die verzen over die tijd is Openbaring 21:4 (GNB): “God zelf zal bij hen zijn en hij zal elke traan uit hun ogen wissen. De dood zal er niet meer zijn; geen rouw, geen weeklacht, geen pijn zal er zijn, want de eerste dingen zijn voorbij.”
Hoe zwaar het ook is te moeten accepteren dat God in bepaalde gevallen (nog) niet tot genezing overgaat, vergeet nooit dat God een liefdevolle Vader is en dat Hij níets zal doen wat schadelijk is voor ons potentieel om in Zijn Koninkrijk te komen. Zelfs Zijn bestraffing is voor ons eigen bestwil (Hebreeën 12:4-11).
Voor meer informatie over dit onderwerp kunt u ons boekje “Waarom staat God lijden toe?” en les 4 van onze Bijbelstudie Cursus gratis aanvragen of downloaden van onze website. Bekijk ook onze videos op YouTube.
© Verenigde Kerk van God, Postbus 93, 2800 AB Gouda. Tel: 06-29601189. info@verenigdekerkvangod.org – www.verenigdekerkvangod.org.
Financieel steunen? Rekeningnummer NL43ABNA0538360747 of NL72INGB0003561825 t.n.v. Verenigde Kerk van God te Gouda. “ANBI geregistreerd”.
Het Nederlandse Supplement van Beyond Today
© Verenigde Kerk van God, Postbus 93, 2800 AB Gouda. Tel: 06-29601189. info@verenigdekerkvangod.org – www.verenigdekerkvangod.org.
Financieel steunen? Rekeningnummer NL43ABNA0538360747 of NL72INGB0003561825 t.n.v. Verenigde Kerk van God te Gouda. “ANBI geregistreerd”.
Het Nederlandse Supplement van Beyond Today
Vul hieronder uw gegevens in voor een abonnement op onze gratis gedrukte editie van het tweemaandelijkse tijdschrift Beyond Today.
Alle Artikelen
Deze website gebruikt cookies om informatie op uw computer op te slaan. Sommige van deze cookies zijn essentieel om onze site te laten werken en andere helpen ons te verbeteren door ons inzicht te geven in hoe de site wordt gebruikt.
Door onze site te gebruiken aanvaardt u de voorwaarden van ons Privacybeleid.
Dit is een besloten gedeelte voor leden en vrienden van de Verenigde kerk van God