Over iets meer dan drie weken vieren we Pinksteren. Op deze dag worden wij herinnerd aan het zogenaamde “wonder van Pinksteren” toen God Zijn Heilige Geest zond en 120 discipelen van Jezus Christus tot bekering kwamen, later gevolgd door ongeveer 3000 anderen die de Pinksterpreek van Petrus hadden gehoord.
Met de uitstorting van de Heilige Geest begon voor de nieuwe bekeerlingen de allergrootste uitdaging – de transformatie van de menselijke natuur! Deze uitdaging bestaat sindsdien voor alle mensen – ook voor ons! – die onze Schepper God heeft geroepen en die hun denken en doen aan God onderwerpen.
Vergeleken met wonderen die zich onmiddellijk voltrekken, is bekering een langzaam proces. God heeft ons zoals bekend een vrije wil gegeven – de vrijheid om onze eigen keuzes te maken. Zoals een pottenbakker klei kneedt, zo kneedt God geduldig Zijn natuur in ons als wij ons aan Hem onderwerpen.
Het grote probleem van de wereld is de opstandige natuur van de mens! Jezus Christus sprak over het kwaad dat uit het “hart van de mensen” komt ( Markus 7:20-23). De apostel Paulus schreef over de verdorvenheid van het menselijk karakter wanneer mensen God de rug toekeren (Romeinen 1:24-32). Later legde hij uit hoe de slechtheid van de mensheid “van kwaad tot erger” zal worden in de eindtijd (2 Timotheüs 3:1-7, 13).
Ook Paulus noemde de slechte eigenschappen van de menselijke natuur “de werken van het vlees”. Hij eindigde zijn opsomming met de uitspraak dat “wie zulke dingen doen, het Koninkrijk van God niet zullen beërven” (Galaten 5:19-21).
Zoals het schadelijke onkruid in een wijngaard moet ook de zonde volledig worden uitgeroeid. “Maak dus voorgoed een einde aan aardse praktijken als ontucht, onzedelijkheid, hartstocht, slechte verlangens en hebzucht. Hebzucht is afgodendienst” (Kolossenzen 3:5, GNB). Gods Geest is de kracht die ons bevrijdt van de slavernij van de zonde (Romeinen 6:16-18).
Bij monde van Zijn profeet Ezechiël zei God: “Keer terug en bekeer u van al uw overtredingen, dan zal de ongerechtigheid u geen struikelblok worden. Werp al uw overtredingen, waarmee u overtreden hebt, van u af en maak u een nieuw hart en een nieuwe geest” (Ezechiël 18:30-31).
Een latere profetie aan alle mensen luidt: “Dan zal Ik u een nieuw hart geven en een nieuwe geest in uw binnenste geven. Ik zal het hart van steen uit uw lichaam wegnemen en u een hart van vlees geven” (Ezechiël 36:26).
Als de Heilige Geest in ons woont, zijn wij kinderen van God, ware aanbidders van de Vader (Johannes 4:23): “Maar u bent (…) in de Geest, wanneer althans de Geest van God in u woont” (Romeinen 8:9).
Maar het “bezitten” van de Heilige Geest, als hij in ons woont, is niet voldoende om de grootste uitdaging van het leven aan te gaan! We moeten hem volgen, d.w.z. ons door hem laten vormen, zodat we steeds meer op onze Heer en Meester Jezus Christus gaan lijken: “Allen die zich laten leiden door de Geest van God, zijn kinderen van God” (vers 14).
Door de leiding van de Heilige Geest te volgen en te vertrouwen op Zijn kracht, kan de geestelijke transformatie van ons eigen leven plaatsvinden! Met Gods hulp door Zijn Geest kunnen we de grootste uitdaging in het leven meester worden.
Ik wens u allen een gezegende Sabbat!